Inspiratiebericht

Inspiratiebericht voor zondag 27 juli 2025, zondag na Pinksteren 12

Iedere zondag vieren we in onze kerk. Dat doen we met een Eucharistieviering of met een Dienst van Schrift en Gebed, behalve op de 4e zondagen van de maand in de zogenaamde groene tijd. Dat is in principe de periode tussen Pinksteren en de 1e Advent en na de Kersttijd tot Aswoensdag. Dan is er geen viering in onze kerk.

Om toch wat inspiratie mee te geven ontvangt u een tekst ter inspiratie. Wij hopen dat u op deze manier iets van de zondag kunt vieren (en wellicht viert u deze zondag online mee met de viering in de kathedraal). De tekst is deze keer geschreven door pastoor Piet Coemans.

Een goede en gezegende zondag gewenst en met hartelijke groet,
uw pastores

Evangelie (Lucas 11,1-13)
Eens was Jezus aan het bidden, en toen Hij zijn gebed beëindigd had, zei een van zijn leerlingen tegen Hem: ‘Heer, leer ons bidden, zoals ook Johannes het zijn leerlingen geleerd heeft.’ Hij zei tegen hen: ‘Wanneer jullie bidden, zeg dan:
“Vader, laat uw naam geheiligd worden
en laat uw koninkrijk komen.
Geef ons dagelijks het brood dat wij nodig hebben.
Vergeef ons onze zonden,
want ook wijzelf vergeven iedereen
die ons iets schuldig is.
En breng ons niet in beproeving.”’

Daarna zei Hij tegen hen: ‘Stel dat iemand van jullie een vriend heeft en midden in de nacht naar hem toe gaat en tegen hem zegt: “Wil je mij drie broden lenen, want een vriend van me is na een reis bij mij gekomen en ik heb niets om hem voor te zetten. ”En veronderstel nu eens dat die vriend dan zegt: “Val me niet lastig! De deur is al gesloten en mijn kinderen en ik zijn al naar bed. Ik kan niet opstaan om je te geven wat je vraagt. ”Ik zeg jullie, als hij al niet opstaat en het hem geeft omdat ze vrienden zijn, dan zal hij wel opstaan omdat zijn vriend onbeschaamd aandringt, en hem alles geven wat hij nodig heeft. Daarom zeg Ik jullie: vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. Want ieder die vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan. Welke vader onder jullie zou zijn kind, als het om vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven? Of een schorpioen, als het om een ei vraagt? Als jullie dus, slecht als jullie zijn, je kinderen al goede gaven kunnen schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie Hem daarom vragen!’

Overweging
Met zes zijn zij en wanneer zij samenkomen wordt er natuurlijk verteld over ‘vroeger’. ‘Weet je nog, onze pa…’. Ja, zij spreken niet over ‘mijn’ vader, steeds over ‘onze’ vader. ‘Ik herinner me nog dat onze vader het steeds moeilijk had met ‘mijn’, zo vertelde een van hen. Hun buurman, ook een landbouwer, sprak steeds over ‘mijn’: ‘mijn akker heeft dit jaar zoveel kg tarwe opgebracht; ik heb de aardappelen gerooid… een opbrengst man!’ En onze vader: ‘Altijd dat ik, ik, ik en mijn, mijn, mijn. Wij hebben aardappelen gerooid, vrouw en kinderen hebben geholpen, en nu schilt tante de aardappelen, kookt ze en wij eten er allen van. Ons land heeft een goede oogst geleverd!’

Dit verhaal kwam plots naar boven bij het lezen van het evangelie.

‘Onze Vader’ zo zegt Jezus hier, ‘geef ons dagelijks brood, vergeef ons onze schulden, leid ons niet in verzoeking, verlos ons…’

Wat een ruimte, wat een openheid ontstaat er wanneer we dit gebed over ons heen laten komen en vanuit ons hart naar boven laten borrelen, de handen geopend om te ontvangen en te geven. Het gaat niet om mij alleen, en ik sta niet alleen, ook al bid ik in de stilte van mijn hart, op een stille plek of midden in het rumoer van elke dag.

Ik citeer Paul Schruers: “Jezus heeft ons een voorbeeld van echt gebed gegeven: het Onze Vader. Daarin bidden wij met Hemzelf mee tot de Vader. Vanaf het eerste woord “onze Vader”, staan wij in de werkelijkheid van Gods liefde. Dan bidden wij vooreerst opdat Gods plan in ons hart en in de wereld steeds intenser zou gerealiseerd worden. En van daaruit bidden wij ook voor alles wat ons in ons eigen leven en in onze samenleving ter harte gaat: het dagelijks brood voor allen, de wederzijdse vergeving en vrede, het uitstaan van de beproevingen zonder te zeer gekwetst te worden, de diepste vrijheid in de aanvechting van het kwaad.”*

Ik-wij staan niet alleen wanneer we met Jezus’ woorden bidden. Een uitnodiging even na te denken: hoe ver reikt het woordje ‘ons’? Wie mag ‘letterlijk’ thuiskomen in mijn gebed?
Heer, leer ons bidden…

(*+Paul Schruers, de eg van de graankorrel)

Gebed van de dag
Wij mogen bidden:
Vader, uw naam moge met vreugde uitgesproken worden…
laat me niet overal mijn eigen naam tussenwerpen;
uw rijk kome… niet mijn eigen klein rijkje, waar ik alles naar mijn hand zet;
uw wil van liefde en gerechtigheid moge geschiede op onze aarde,
niet mijn eigen kleine willetjes.
Wij danken U omdat wij thuis zijn
in uw genegenheid van elk moment.
Zet uw liefde door in ons leven!
Met vreugde spreken wij uw Naam uit.
Ons hart staat open voor uw plan.
Met vertrouwen vragen wij U:
geef aan onze wereld en aan ons
alles wat nodig is om te bestaan,
brood en vergeving.
En schenk ons in alles de hoogste gave,
de liefde van uw heilige Geest.
Amen.